Zaterdagavond hebben we afscheid genomen van onze jeugd.
De zaal waar we tussen ons 20ste en 30ste levensjaar bijna iedere zaterdagavond hebben gesleten, houdt zijn deuren voor het grote publiek vanaf nu gesloten. Eigenlijk wel begrijpelijk, de hoogdagen van weleer zijn nooit teruggekomen. Dan kan je maar beter in schoonheid eindigen. En te bedenken dat het ooit allemaal op een kaas en wijn avond is begonnen.
Men had de boodschap goed verspreid, want voor deze laatste avond mocht Walter minstens 3 generaties Aalmoezeniergangers verwelkomen en was het weer zoeken naar een plaatsje op de dansvloer zoals in the good old days en konden we maar beter een plaatsje een eindje weg van de dansvloer opzoeken als we geen bloedneus of blauw oog als souvenier mee naar huis wilden nemen.
Het was fijn om ook de mensen uit the good old days nog eens terug te zien, hoewel we na een “hey, hoe ist het” tot de conclusie moesten komen dat we mekaar eigenlijk niets meer te vertellen hadden. Er was niets meer dat iedereen nog aan mekaar bond. De Joint, An, Sally, Jan, Rein, Wendy “ik heb u eigenlijk niks te zeggen”, Johan van Gerdje (who the f*** was nu weer Gerdje??), Caroline, Koen, de man die met zijn neus tussen zijn knieën danst, Liesje met de vleugeltjes, (en wie ben ik nog vergeten?). Der mankeerden uiteraard een aantal oudgedienden: Els, Nathalie, Ilse, Bartje X, Ben, Calorina, Stinky en James, …
Sommige dingen zijn over de jaren de heen niet veranderd. Rein die flesjes ophaalt of onozele practical jokes uithaalt. Koen die iedereen in de zaal kent waardoor je zelden of nooit langer dan 2-3 minuten met hem kan babbelen (hoewel hij over de jaren heen heeft bijgeleerd qua trakteren). De platencollectie van Ivo waarvan je tot op de minuut correct bijna kan voorspellen welke plaat de volgende zal zijn (hoewel hij ons wel heeft verrast met Jasper Erkens (jongens, jongens, dat ventje is pas 16 jaar, maar wat hij daar op CD heeft gezet... Niet te doen...))
Zaterdagavond waren we voor 1 avond terug de bende van weleer en het afscheid was hartelijk en moedig en vol hoop (“tot de volgende keer hè”), maar we wisten dat dit de laatste keer was geweest dat we elkaar nog een keer hadden gezien en onderweg naar de vestiaire voelde ik toch wel een traantje achter mijn oogbol prikken, maar die werd algauw weggedrongen door de goede herinneringen aan de avond zelf en aan de voorbije 15 jaar.
Schmutz, bedankt om ons te verwittigen en het is dat ik mijn t-shirtje nog wil aan doen of ik zou het niet meer wassen om ons gezamenlijk Aalmoezenier-zweet er in te bewaren ;-)!
Monday, March 30, 2009
Wednesday, March 18, 2009
Feit
Het is nog veel te koud om al een zomerbroek te dragen.
Mijn billen zijn potverdorie helemaal bevroren! Langs de andere kant, dan bewaren ze natuurlijk wel beter :o)
Mijn billen zijn potverdorie helemaal bevroren! Langs de andere kant, dan bewaren ze natuurlijk wel beter :o)
Friday, March 13, 2009
Tuesday, March 10, 2009
Era
Het einde van een era werd vanavond aangekondigd.
Den Aalmoezenier sluit op 29 maart definitief zijn deuren. Op 28 maart worden deze deuren voor de laatste maal opengesteld voor al wie een goede muzieksmaak heeft en nog eens the good old times wil herbeleven.
U bent bij deze gewaarschuwd, kom dus niet af dat u het niet wist...
Den Aalmoezenier sluit op 29 maart definitief zijn deuren. Op 28 maart worden deze deuren voor de laatste maal opengesteld voor al wie een goede muzieksmaak heeft en nog eens the good old times wil herbeleven.
U bent bij deze gewaarschuwd, kom dus niet af dat u het niet wist...
Dobber
Al een tijdje probeer ik een manier te vinden om te omschrijven hoe ik me voel en vandaag heb ik het gevonden. Ik voel me als een motorbootje waarvan de motor stuk is en ik heb geen zin om hem te repareren. Ik heb ook geen roeispanen of zeiltje bij, dus het enige dat mij rest, is rond te dobberen in de hoop ooit de kust te bereiken of misschien toch de zin te vinden om de motor te herstellen en dan terug in de gewenste koers te varen.
Iemand zei deze middag daarop dat ik dan maar gauw een SOS-pijl moest afschieten zodat ik gered kon worden door een ander schip. En dat is nu net het probleem hè, hoe vertaal je de metafoor van de SOS-pijl naar het echte leven? Ik zal dus eerst moeten uitdokteren hoe ik die SOS-pijl moet gebruiken alvorens hem af te schieten. En hoeveel keer mag ik proberen vooraleer het “game over” is?
Denken in metaforen kan leuk zijn, maar het kan alles nog complexer maken dan het al is…
Iemand zei deze middag daarop dat ik dan maar gauw een SOS-pijl moest afschieten zodat ik gered kon worden door een ander schip. En dat is nu net het probleem hè, hoe vertaal je de metafoor van de SOS-pijl naar het echte leven? Ik zal dus eerst moeten uitdokteren hoe ik die SOS-pijl moet gebruiken alvorens hem af te schieten. En hoeveel keer mag ik proberen vooraleer het “game over” is?
Denken in metaforen kan leuk zijn, maar het kan alles nog complexer maken dan het al is…
Sunday, March 08, 2009
Tiens
Weet je wat ik me eigenlijk al een tijdje af vraag? Waarschijnlijk niet, want je kan niet in mijn hoofd zien. Ten minste, dat hoop ik toch.
Ik vraag me dus af hoe pilletjes nu eigenlijk weten op welk plekje in je lijf ze hun werk moeten doen. Een hypothetisch voorbeeldje: ik neem pilletjes tegen een ontstoken zenuw in mijn linker ellenboog. Dat pilletje wordt met een heuse tsunami van water of koffie (afhankelijk van het moment van de dag) naar mijn maag gespoeld, waar het wordt uit elkaar valt in een brij van half en volledig verteerd voedsel. Daar drijven dus die stukjes pil op een zee van maagzuur, koffie en water tussen de brokjes cornflakes of zompige blokjes boterham. Op een gegeven moment vinden de stukje pil hun weg in mijn bloedbaan, maar hoe weten ze nu welke zenuw ze juist moeten bewerken? Ik heb wel miljoenen zenuwbanen en -baantjes. Ik heb hen niet gezegd dat ze specifiek naar mijn linkerellenboog moeten gaan en we kunnen er wel van uit gaan dat pillen geen bewustzijn bezitten, dus zelfs als ik hen zou zeggen, zou dat weinig uithalen.
Mijn beste gok is dat de pilletjes gewoon aan alle zenuwbanen tegelijk beginnen te werken, zo hebben ze de juiste altijd wel mee. Maar helemaal zeker ben ik er niet van....
Ik vraag me dus af hoe pilletjes nu eigenlijk weten op welk plekje in je lijf ze hun werk moeten doen. Een hypothetisch voorbeeldje: ik neem pilletjes tegen een ontstoken zenuw in mijn linker ellenboog. Dat pilletje wordt met een heuse tsunami van water of koffie (afhankelijk van het moment van de dag) naar mijn maag gespoeld, waar het wordt uit elkaar valt in een brij van half en volledig verteerd voedsel. Daar drijven dus die stukjes pil op een zee van maagzuur, koffie en water tussen de brokjes cornflakes of zompige blokjes boterham. Op een gegeven moment vinden de stukje pil hun weg in mijn bloedbaan, maar hoe weten ze nu welke zenuw ze juist moeten bewerken? Ik heb wel miljoenen zenuwbanen en -baantjes. Ik heb hen niet gezegd dat ze specifiek naar mijn linkerellenboog moeten gaan en we kunnen er wel van uit gaan dat pillen geen bewustzijn bezitten, dus zelfs als ik hen zou zeggen, zou dat weinig uithalen.
Mijn beste gok is dat de pilletjes gewoon aan alle zenuwbanen tegelijk beginnen te werken, zo hebben ze de juiste altijd wel mee. Maar helemaal zeker ben ik er niet van....
Subscribe to:
Posts (Atom)